Onderhoud van houten gevelelementen

** Kozijnen zijn geleverd met een voorlak. Binnen 6 maanden (transparant) of binnen 12 maanden (dekkende kleuren) moet dit worden afgelakt. **

Gefeliciteerd met uw aankoop! Wij hopen dat onze kozijnen, ramen en deuren aan al uw verwachtingen zullen voldoen. We besteden veel zorg aan de productie en leveren daarom gedetailleerde verwerkingsvoorschriften mee. Een eigen woning is waardevol, maar behoudt die waarde alleen met goed onderhoud.

Kwaliteit van houten gevelelementen (KVT)

Gevelelementen, kozijnen, ramen en deuren moeten voldoen aan strenge kwaliteitseisen, zowel voor het gebruikte hout als voor de fabricage. Onze producten zijn voorzien van een KOMO-gecertificeerd Wijzonol voorlaksysteem (concept II). Dit systeem voldoet aan de BRL 0817-normen van SKH en heeft een minimale laagdikte van 120 micrometer (dekkend) of 140 micrometer (transparant).

Transport, opslag en montage

Transport, opslag en montage moeten voldoen aan de normen uit KVT, katern 72 en 73. Zie: kvt-online.nl

Afbouw en oplevering: samenwerking is essentieel

Hoewel timmerfabrieken steeds vaker gevelelementen met beglazing en aflak leveren, worden glas en schilderwerk bij veel woningen door anderen verzorgd. Eerst komt de glaszetter: vakbekwame beglazing is cruciaal voor de levensduur. Vervolgens beoordeelt de schilder de gevelelementen op beschadigingen en herstelt deze, voordat hij de laatste verflaag aanbrengt. Deze laatste laag beschermt tegen weer en wind en geeft de kozijnen hun definitieve uitstraling.

Afschilderinstructie: dekkend werk

Buitenwerk:

1. Grondig reinigen met een mild reinigingsmiddel, zoals Universol of St. Marc.
2. Schuren met schuurpapier P220, bij voorkeur machinaal.
3. Beschadigde delen tweemaal bijwerken met LBH SDT Ultra Grondlak, tussentijds licht opschuren.
4. Bijgewerkte delen licht opschuren en afwerken met LBH SDT Ultra Hoogglanslak.

Binnenwerk:

1. Grondig reinigen met een mild reinigingsmiddel, zoals Universol of St. Marc.
2. Schuren met schuurpapier P220, bij voorkeur machinaal.
3. Beschadigde delen tweemaal bijwerken met AQUA Hechtprimer Bioseries, tussentijds licht opschuren.
4. Bijgewerkte delen licht opschuren en afwerken met AQUA Zijdeglans.

Afschilderinstructie: transparant werk

Buitenwerk:

1. Grondig reinigen met een mild reinigingsmiddel, zoals Universol of St. Marc.
2. Schuren met schuurpapier P220, bij voorkeur machinaal.
3. Beschadigde delen tweemaal bijwerken met LBH SDT Ultra Grondlak, tussentijds licht opschuren.
4. Bijgewerkte delen licht opschuren en afwerken met LBH SDT Ultra Hoogglanslak.

Binnenwerk:

1. Grondig reinigen met een mild reinigingsmiddel, zoals Universol of St. Marc.
2. Schuren met schuurpapier P220, bij voorkeur machinaal.
3. Beschadigde delen tweemaal bijwerken met AQUA Hechtprimer Bioseries, tussentijds licht opschuren.
4. Bijgewerkte delen licht opschuren en afwerken met AQUA Zijdeglans.

Onderhoudstips

Een nieuwe woning biedt kwaliteit, maar vereist ook aandacht voor gevoelige punten. Langdurige vochtinfiltratie kan schadelijk zijn, maar gevelelementen zijn zo ontworpen dat vocht normaliter geen kans krijgt. Beschadigingen en slijtage verminderen echter de bescherming van het verfsysteem, dus regelmatige inspectie en onderhoud zijn cruciaal.

Let op de volgende punten:

• Afstand onderdorpels: Minstens 50 mm tussen houten onderdorpels en tuin/bestrating.
• Voorkom begroeiing: Gras en planten tegen het houtwerk houden het hout langdurig nat en kunnen vochttoetreding veroorzaken.

Onderhoudsschema

Voer de eerste volledige schilderbeurt uit volgens het onderhoudsschema. Tussentijdse bijwerkbeurten kunnen nodig zijn bij beschadigingen. Laat een vakman inspecteren of onderhoud nodig is, en let zelf op:

• Verbindingen: Kijk naar naden bij verbindingen.
• Kale plekken: Vooral bij scherpe randen.
• Verfslijtage: Verpoederen op onderdorpels aan de zonzijde.

Controle of inspectie?

Verf slijt door weer en wind, sneller aan de zonzijde. Donkere kleuren absorberen meer warmte, wat leidt tot hogere oppervlaktetemperaturen en grotere spanningen. Het beglazingssysteem (kit of rubbers) moet vocht buiten houden. Slecht onderhoud beïnvloedt garanties en schadeafhandeling negatief, dus tijdige en kwalitatieve zorg is essentieel.

Verwerkingsvoorschriften van Wijzonol producten

• LBH SDT Ultra Grondlak: Link
• LBH SDT Ultra Hoogglanslak: Link
• AQUA Hechtprimer Bioseries: Link
• AQUA Zijdeglans: Link
• Wijzonol Transparant UV Zijdeglans: Link
• AQUA Blank: Link

Klasse-indeling RAL & niet-RAL-kleuren

Let speciaal op de kleuren in klasse 3, in het bijzonder!

De tabel “Kleur en Onderhoud” omvat talrijke RAL-nummers. Voor elke RAL-kleur wordt het verwachte onderhoud van de afwerklaag weergegeven in een klasse, gekoppeld aan de maximale verwachte temperatuur van het oppervlak die de RAL-kleur in de afwerklaag veroorzaakt.

De niet-RAL-kleuren kunnen ook worden ingedeeld in een van de drie onderhoudsklassen zodra de helderheidswaarde van de kleur bekend is (dit is de Y-waarde volgens ISO-norm 7724-1). Met de helderheidswaarde Y kunt u de stijging van de oppervlaktetemperatuur (TOS) berekenen volgens de formule: TOS = 47,5 x (1 – Y/100). Bij de indeling is er een verband tussen kleur en temperatuurstijging in de afwerklaag op het houtoppervlak.

In klasse 1 zijn de kleuren gunstig (temperatuurstijging < 36°C). Deze kleuren kunnen onder

alle omstandigheden worden gebruikt, vooral als er factoren zijn die de onderhoudsfrequentie van het timmerwerk ongunstig beïnvloeden, zoals sterke zonnestraling of het gebruik van naaldhout in geveltimmerwerk. Voor kleuren uit klasse 1 kan het onderhoudsschema voor “lichte kleuren” worden gevolgd.

In klasse 2 zijn de kleuren normaal (temperatuurstijging tussen 36-44°C). Over het algemeen kan het onderhoudsschema voor “lichte kleuren” worden toegepast op kleuren die in klasse 2 vallen, met enkele opmerkingen. Voor kleuren in klasse 2 wordt altijd geadviseerd om de horizontale delen vaker te inspecteren. Het onderhoudsschema voor “donkere kleuren” geldt voor kleuren in klasse 2 wanneer er omstandigheden zijn die in de zomer kunnen leiden tot extreem hoge luchttemperaturen in combinatie met direct zonlicht, zoals bijvoorbeeld gevels op het zuid-zuidwesten of geveltimmerwerk boven warmte-reflecterende oppervlakken zoals water.

In klasse 3 zijn de kleuren ongunstig (temperatuurstijging > 44°C). Als u kiest voor kleuren uit klasse 3, moet u vooral in ongunstige situaties waarin geveltimmerwerk is toegepast, rekening houden met versneld onderhoud. Het wordt dan aanbevolen om het onderhoudsschema voor “donkere kleuren” te volgen.

Bij het gebruik van deze kleuren, evenals bij transparante lakafwerking, vervalt de garantie op craquelé/openbarsten van de verf, evenals op het openbarsten van het onderliggende hout en/of houtfineer. Het eventueel herstellen van deze onderdelen als gevolg van deze kleurkeuze wordt uitgevoerd op regiebasis.

Inspectie- en Uitvoeringstips 

Schoonmaak

Bij het reinigen van ramen, vergeet niet het houtwerk mee te nemen; gebruik geen schurende of agressieve reinigingsmiddelen, maar gewone huishoudelijke schoonmaakmiddelen.

Binnen schilderwerk

Om het buitenschilderwerk in optimale conditie te houden, moet ook het binnen schilderwerk regelmatig worden gecontroleerd en onderhouden.

Hang- en sluitwerk

Het is meestal mogelijk om scharnieren, draaipunten en sluitingen bij te stellen. Als er sprake is van haperingen, moeizame sluiting of vastlopen, moeten de sluitingen of sluitkommen opnieuw worden afgesteld. Geef elk jaar een druppeltje zuurvrije olie aan alle scharnieren, draaipunten, raam- en deursluitingen, sloten, enzovoort om soepel draaien en sluiten te waarborgen. Als de sleutel moeilijk draait, is een beetje grafiet meestal voldoende (gebruik geen olie in het sleutelgat). Bij meerpuntsraam- en deursluitingen moeten de ‘haken’ worden ingespoten met een Teflonspray (gebruik beslist geen siliconenspray!).

Beglazing

Kitvoegen moeten schuin naar buiten aflopen; stilstaand water in de voeg is schadelijk. Als er open naden zijn tussen glas en kit, moeten deze worden verwijderd en opnieuw worden aangebracht. Naden bij droge beglazingssystemen (rubberprofielen) moeten door een professional worden hersteld (profielen vervangen).

Sloten, deurkrukken, schilden, tochtprofielen, rubbers

Schilder deze onderdelen niet mee.

Glaslatten

De ventilatieruimte onder de beluchtingslatten kan vervuild raken met stof, zand en vuil, en moet regelmatig worden schoongemaakt. Capillaire naden tussen glaslat en kozijn moeten worden afgedicht met polysulfide- of polyurethaankit.

Kale plekken en randen

Reinig, ontvet, licht opschuren, tweemaal gronden en aflakken.

Open verbindingen

Naadjes tussen kozijndelen (dorpels en stijlen) moeten worden uitgekrabd en afgedicht met polysulfide- of polyurethaankit (gebruik absoluut geen siliconen of siliconen houdende kit).

Aangebrachte brievenbussen

Grondig controleren op lekkage en vergelijkbare problemen langs de randen. Als er lekkage wordt waargenomen, de brievenbus demonteren en voor het opnieuw bevestigen, zorgvuldig een randje van de eerdergenoemde kit aanbrengen ter extra zekerheid.

Onze houten kozijnen worden altijd twee keer in de voorlak gezet. Dit zorgt voor de eerste bescherming. Maar alleen de voorlak zelf zorgt niet voor de optimale bescherming.

Daarom is het erg belangrijk het hele kozijn goed af te lakken nadat je het geplaatst hebt. Deze beschermende laklaag zorgt ervoor dat vocht niet in het hout trekt. Het kozijn gaat dus langer mee met de juiste laklaag.

Reinig je kozijnen regelmatig

1. Het beste is om je kozijn 2 á 3 paar keer per jaar te reinigen.
2. Doe dit met allesreiniger en lauwwarm water.
3. Gebruik een doek die geen krassen achterlaat. Krassen op je lak kunnen zorgen voor mindere bescherming.

Schakel een expert in

1. Controleer regelmatig de lak van je kozijnen. Voornamelijk de buitenkant.
2. Als je beschadigingen opmerkt is het verstandig goed te reageren.
3. Je kunt hiervoor een vakman inschakelen, als je hier zelf kennis van hebt kun je het ook zelf oppakken.

Bij Houten Kozijn Online heb je de keuze uit een Ekosiet onderdorpel en een houten onderdorpel. Het goed onderhouden van je dorpel is belangrijk om de levensduur te verlengen.

Onderhoud Ekosiet onderdorpels

Als je kiest voor een Ekosiet onderdorpel, dan is er veel minder onderhoud nodig dan bij een houten onderdorpel.

Deze Ekosiet onderdorpel is gemakkelijk schoon te houden. Het enige wat je hiervoor nodig hebt is een schoonmaakmiddel. Dit kan een normaal schoonmaakmiddel zijn die overal te verkrijgen is.

Bij het schoonmaken van een Ekosiet onderdorpel, raden we af om schuursponsen en schuurmiddelen te gebruiken. De kans op witte en doffe plekken is dan erg groot. Merk je onverwachts dat er toch witte en doffe plekken zijn ontstaan, dan kun je dit het beste wegwerken door deze plekken weg te borstelen met een schoenborstel waarna je de onderdorpel nog even dient op te poetsen met olie.

Wat ook erg belangrijk is om schoon te houden, zijn de ontwateringsgaatjes, als je deze goed schoonhoudt voorkomt dit eventuele verstoppingen. Hiervoor kun je bijvoorbeeld een spiraalborsteltje voor gebruiken.

Onderhoud Houten onderdorpel

Onze houten kozijnen en houten dorpels worden twee keer in de voorlak gezet, dit zorgt voor de eerste bescherming. Maar alleen de voorlak zelf dient niet de optimale bescherming. Het is daarom erg belangrijk het hele kozijn goed af te lakken nadat je het geplaatst hebt. Deze beschermende laklaag is erg belangrijk omdat vocht dan geen kans krijgt om in het hout te trekken. De laklaag zorgt dus voor een langere levensduur.

Het beste is om je onderdorpel een paar keer per jaar te reinigen. Dit kan gemakkelijk met een allesreiniger en lauwwarm water. Zorg ervoor dat je hiervoor een doek pakt die geen krassen achterlaat, dit kan slecht zijn voor de beschermende laklaag.

Omdat onderdorpels vaak flink wat te verduren hebben is het belangrijk om deze regelmatig te controleren op beschadigingen. Als je beschadigingen opmerkt is het verstandig adequaat te reageren. Je kunt hiervoor een vakman inschakelen, als je hier zelf kennis van hebt kun je het ook zelf oppakken.

Meer weten over het verschil tussen een Ekosiet-onderdorpel en een houten onderdorpel?